Bemesting Bieten

Gemiddeld stikstofadvies voor suikerbieten 2021

Elk voorjaar bemonstert de Bodemkundige Dienst van België heel wat suikerbietpercelen voor het berekenen van een stikstofbemestingsadvies volgens de N-indexmethode.

Na elke voorteelt worden dit jaar gemiddeld lagere N-reserves gemeten dan vorig jaar. De intensieve neerslagperiode vanaf half januari heeft geresulteerd in een belangrijke drainage van water doorheen het bodemprofiel. Goed om de grondwatertafel aan te vullen, maar tegelijkertijd migreert ook nitraat mee naar de diepere bodemlagen. Meer dan twee derde van de geanalyseerde suikerbietenpercelen hebben als voorteelt granen. Op deze percelen liggen de voorraden gemiddeld op een laag niveau.

Onderstaande figuur toont de gemiddelde N-reserve in functie van de voorteelt voor dit jaar en het voorbije jaar.  Gemiddelde reserve aan nitrische stikstof op Belgische suikerbietpercelen in functie van de voorteelt, voorlopige statistieken tot 18/03/2021 in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Bron: Bodemkundige Dienst van België.

Na maïs bedraagt de N-reserve gemiddeld 14 kg N/ha minder dan vorig jaar. Na de vlinderbloemige voorteelten, erwten en bonen bedraagt het verschil gemiddeld 36 kg N/ha en na de meest voorkomende voorteelt granen 13 kg N/ha.  De bovenste bodemlaag bevat gemiddeld weinig minerale N. Voor de voorteelten aardappelen, erwten en bonen en maïs is de derde bodemlaag van 60-90 cm de stikstofrijkste bodemlaag. Na granen en vlas zit de meeste stikstof in de tweede bodemlaag van 30-60 cm.

Naast de actuele N-reserve heeft ook de verwachte N-mineralisatie een belangrijke impact op het niveau van het bemestingsadvies.  Op de meeste percelen na granen zal de ondergewerkte groenbemester zorgen voor een nuttige N-levering voor de bieten van 15 à 30 kg N/ha.  De verwachte N-mineralisatie gecombineerd met de gemiddeld lagere N-reserve resulteert in bemestingsadviezen die gemiddeld 10 kg N/ ha hoger liggen dan vorig jaar.

Ondanks het belangrijke winterneerslagoverschot is er momenteel nog steeds een grote spreiding in de N-reserve en bijgevolg in de bemestingsadviezen tussen de individuele percelen (80 tot 175 kg N/ha). De Bodemkundige Dienst benadrukt dat de vernoemde cijfers slechts richtinggevend zijn. Er zijn grote verschillen in stikstofbehoefte tussen percelen met verschillende voorgeschiedenis en verschillende bodemeigenschappen (bijvoorbeeld verschillend humusgehalte). Een beredeneerde stikstofbemesting is enkel mogelijk gebaseerd op een bodemanalyse met bijhorend advies. Op percelen waar in het voorjaar dierlijke mest wordt uitgereden, kan ook tijdens het groeiseizoen, vanaf 4 weken na de mesttoediening, een bodemanalyse uitgevoerd worden voor het berekenen van een bijbemestingsadvies. Voor het aanvragen van een bodemstaalname kan u contact opnemen met de Bodemkundige Dienst: info@bdb.be, tel 016/310922 of rechtstreeks met uw staalnemer.  

Naar : Jan Bries en Mia Tits, Bodemkundige Dienst van België

De volledige uitleg over de actuele situatie N-adviezen in suikerbieten kan je hier terugvinden.