Door de gespreide uitzaai varieert het aantal toegepaste onkruidbestrijdingen sterk tussen de verschillende percelen. Hier zijn een paar geheugensteuntjes voor de verschillende FAR’s.
Alle FAR herbicidebehandelingen moeten worden uitgevoerd in goede omstandigheden, d.w.z. vroeg in de ochtend met een hoge luchtvochtigheid. Het wordt aanbevolen om ten minste twee uur voor er regen komt te spuiten, zodat de producten die via bladopname werken niet te snel worden weggespoeld.
FAR 1
Op percelen waar het zaaien onlangs plaatsvond, komen de bieten heel snel op, maar het onkruid ook! Het is belangrijk om snel in te grijpen, d.w.z. wanneer het onkruid nog in het zaadlobstadium is.
Een behandeling met ‘Betanal’ 0,6-0,8 L/ha (fenmedifam), ‘Tramat’ 0,2 L/ha (ethofumesaat), ‘Goltix’ 0,5 L/ha (metamitron) en 0,5 L/ha olie kan worden gebruikt in geval van heterogene of zelfs zwakke opkomst en moet snel 6-8 dagen later worden herhaald.
Houd er rekening mee dat sommige producten een hoge veldopkomst vereisen, zoals ‘Safari’, waarvoor een veldopkomst van ten minste 70% vereist is.
FAR 2
Zes tot acht dagen na de eerste FAR wordt aanbevolen om de tweede behandeling uit te voeren. Om te beoordelen welke behandeling uit te voeren, raden we aan om je percelen te bezoeken om het onkruid te identificeren en hun ontwikkelingsstadium te controleren. Het is belangrijk dat het onkruid zich niet verder ontwikkelt dan het kiemlobstadium. Op basis van uw observaties moet de tweede FAR worden aangepast aan de aanwezige flora.
In het kiemlobstadium van de onkruiden kan de dosis ‘Betanal’ van 0,6- 0,8 L/ha behouden worden. Als de onkruiden hun eerste bladeren vormen zal de dosis opgedreven worden naar 0,8 – 1 L/ha. ‘Tramat’ blijft behouden bij 0,2 L/ha.
In aanwezigheid van hondspeterselie kan ‘Goltix’ vervangen worden door Kezuro of Goltix Queen (0,9 l/ha). Er kan ook 500 cc ‘Matrigon’ worden toegevoegd.
Vanaf FAR2 en een homogene veldopkomst kan er aan het basismengsel, in aanwezigheid van varkensgras, uitstaande melde en hondspeterselie, 20 g Safari toegevoegd worden; in aanwezigheid van melganzevoet, zwaluwtong en bingelkruid kan vanaf het 2-bladstadium van de bieten 30 cc ‘Centium’ (clomazone) toegepast worden. In aanwezigheid van uitstaande melde kan lenacil (‘Venzar’) aan max. 75 g a.s./ha toegevoegd worden vanaf het 2-bladstadium van de bieten. Meng nooit lenacil en clomazone.
FAR 3
Vanaf het 4-bladstadium van de bieten zijn producten zoals ‘Frontier-Elite’ of ‘Dual Gold’ ook toegestaan, maar de standaardaanbeveling blijft ‘Betanal’, ‘Tramat’, ‘Goltix’ met olie.
Vanaf het 4-bladstadium kan het gebruik van een schoffel interessant zijn, maar helaas laten de huidige natte omstandigheden deze methode van onkruidbestrijding niet toe.