De techniek van « tramlining » (= doorgangsbanen) is een aanbevolen techniek waarbij men de bietenlijnen die zich in de doorgang van de wielen van de sproeier bevinden opoffert (= men zaait niet). Deze techniek laat toe om de tractor en de sproeier op brede of dubbelwielen te laten. Talrijke europese studies hebben aangetoond dat dit geen invloed heeft op de opbrengst mits de sproeier voldoende breed is (meer dan 20 m).
Het is aanbevolen om de bandendruk maximaal te verminderen. Deze techniek kan ingezet worden bij alle teeltoperaties, bv. de fungicidebehandeling (geen smalle wielen vereist) die heel vaak voorkomt tijdens de oogstperiode waarin de tractoren op brede wielen rijden. Het is ook van belang in het kader van de anti-erosie (vermindering van het « goot » effect in de wielsporen, schadelijk in geval van hevige regens).
Deze techniek werd voorgesteld door het KBIVB voor de chemische vernietiging van de groenbemesters, met behulp van een sproeier uitgerust met een GPS-RTK systeem. Dezelfde doorgangen kunnen opnieuw gebruikt worden voor de zaai.