Dankzij onder andere de langverwachte neerslag van de laatste dagen stellen we vast dat op veel waarnemingsvelden de kolonies zwarte bladluizen in aantallen afnemen. Dit door de activiteit van parasitaire schimmels en nuttige insecten zoals lieveheersbeestjes. Men moet echter de evolutie van deze populaties controleren daar waar de bieten zich moeilijk ontwikkelen.
Sinds 5-6 weken worden in meerdere waarnemingsvelden kleine kolonies van zwarte bladluizen gesignaleerd. Deze kolonies zijn vaak klein en zitten in het hart van de bieten. In tegenstelling tot sommige soorten groene bladluizen zijn de zwarte bladluizen slechte overdragers van de virale vergelingsziekte. De bieten kunnen tijdelijk worden verzwakt wanneer zij volledig gekoloniseerd worden, wat dit jaar niet het geval is.
De kolonies zijn afnemend in aantal per kolonie en worden over het algemeen goed onder controle gehouden door de nuttige insecten die zeer actief zijn (volwassenen en larven van de gaasvlieg, lieveheersbeestjes en zweefvliegen, kevers zoals weekschildkevers, enz. …), indien ze aanwezig zijn. De lieveheersbeestjes worden geholpen door parasitaire schimmels.
In geval van belangrijke ontwikkeling is de behandelingsdrempel bij het sluiten van de rijen meer dan 50% gekoloniseerde planten.
Meer informatie hieromtrent vindt u terug in de vorige berichten.
